vorige | volgende
 
 
 

Go now. Recite your poem to your aunt.
I threw myself to the ground.
Where were you in the night?
In a school among the pines.
What was the meaning of the dream?
A rough clay bottle. A carved wooden salt-box with a swivelling lid. A tin travelling 
trunk painted green.
What would feel like home?
What would a school feel like?
I haven’t yet been satisfied.
Let’s organize a pageant.
Many boys, dressed as nymphs, each carrying an olive branch.
What do you see?
I’m not looking out the window.
Everything is half finished.
Where is my seagull?
There.
 
Ga nu. Zeg je gedicht op voor je tante.
Ik smeet mezelf tegen de grond.
Waar was je in de nacht? 
In een school tussen de dennen.
Wat was de betekenis van de droom? 
Een ruwe fles van klei. Een gegraveerde houten zoutdoos met een draaiend deksel. Een 
blikken reiskoffer groen geschilderd.
Wat zou er aanvoelen als thuis? 
Hoe zou een school aanvoelen? 
Ik ben nog niet tevreden gesteld.
Laten we een stoet organiseren.
Veel jongens, verkleed als nimfen, die allemaal een olijftak dragen.
Wat zie je?
Ik kijk niet uit het raam.
Alles is voor de helft afgewerkt.
Waar is mijn zeemeeuw? 
Daar.