DE DOLK
Zeus, als ik oud en ziek zal zijn,
wil ik geen kerststukjes maken.
Laat mij daarom mijn halsslagaders
doorsnijden met een dolk.
Laat mij met rust met de ethos,
de logos en de pathos.
Ik wil niemand overtuigen
van kinderlijkheden.
Ik slijp de dolk zo scherp dat men goed
van kwaad kan scheiden. Voor altijd.
Zeus, laat me jong doodgaan. U bent
oud en bestaat niet, zodat U mij kan helpen.