MOZARTS UITZICHT
Door Wenen liepen we drie dagen
de koortsige muzikant achterna.
Op deze traptreden rende hij, kroop;
wij betastten ze met blote handen.
We zogen van de dakbalk de nerven,
van de schoorsteen de roetveeg. Wij
likten het stof uit de vloernaden.
Japanse vrouwen lieten het Lacrimosa
uit koptelefoons knetteren, Spanjaarden
floten de Figaro, schoolkinderen renden
rond de vitrines. Binnen deze muren,
ja, in de maat van deze vertrekken.
We drukten de wangen tegen het raam
en zagen wat gezien was: de Bloedsteeg.