previous | next
 
 
 

CAST
Ik film achtereenvolgens de namen en de films
geven dan een beeld van mij. Maar een beeld
is pas een beeld als ik het losweek van mezelf. Ook
een foto maak je niet alleen. En aan een leven kan je
wennen zonder iemand

te hoeven kennen. Waarom begeef ik me dan niet meteen
naar de plek waar ik gelukkig ben?
Omdat ik nog niet gelukkig wil zijn op de plek die ik niet
ken? Het is behalve

degene die ik ben die me tegenhoudt degene
die ik nog niet kan zijn maar wel wil
betekenen. Wie zal mij wezen als ik hem
niet blijf?
Een ander? En die ander, vraag ik ook, onevenaarbare,
sinds wij

vroeger zeiden dat ik buiten mezelf trad als ik ons
verliet, heb ik je verlaten voor ik het kon weten en kom
ik nu nooit meer bij je, al ben ik het
zelf?
CAST
I successively film the names and the films
then give an image of me. But an image
is only an image if I detach it from myself. Also,
you don’t just take a picture by yourself. And you
can get used to a life without being

introduced to anyone. Then why not go at once
to the place where I am happy?
Because I don’t want to be happy yet in the place I
don’t know? Apart from

the person I am who’s stopping me it’s the person
I can’t be yet but wish to
signify. Who will be me if I
don’t keep being him?
Another? And that other, I also ask, unequalled,
since we

said in the past that I stepped out of myself when I
left us, did I leave you before I could realise and will I now
never come to you again, even though it’s
me?