Vragen aan het vlees
Eindelijk alleen, sidderend
als puddingvlees op een bed.
De vingers van de beul
hebben er kuiltjes in
achtergelaten, hebben het
lichaam aan het denken gezet.
Hoeveel in- en uitgangen
heeft het wel niet?
Bij duizend, niet eerder,
mocht het ophouden
met tellen.
Resten nog wat vragen
aan het vlees – de reeks
die altijd weer eindigt met vraag een:
is niet elk lichaam
een hemellichaam –
heeft het niet zijn brandende
huid en zijn vloeibare kern
met de sterren gemeen?